Renteontwikkelingen op de geld– en kapitaalmarkt

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft, om de zwakke economische groei in de eurozone te stimuleren, de rente vanaf juni 2024 totaal acht keer met 0,25% verlaagd; de laatste keer in juni 2025 naar uiteindelijk 2%. Ook is de inflatie inmiddels gedaald naar een voor de ECB acceptabel niveau van 2%. Medio 2025 ligt het percentage voor de 3 maands rente rond de 2%. Het rentepercentage voor langlopende leningen (tien jaar) ligt medio 2025 rond de 2,7%. De verwachting is dat de percentages voor kort-en langlopende leningen langzaam zullen stijgen.

Bij de berekening van de financieringslasten is rekening gehouden met de volgende rentepercentages:

• kort geld: 3,00% in 2026 en verder

• lang geld: 3,00% in 2026 en verder

Op basis van de huidige inzichten bieden deze percentages voldoende ruimte om de gevolgen van de fluctuaties in de geld- en kapitaalmarkt op te vangen.

Renterisico kort- en langlopende financiering

De door het Rijk opgelegde kasgeldlimiet beperkt het risico van stijgende rentelasten voor de kortlopende financiering. De limiet beperkt de maximale omvang van de korte schuld (< 1 jaar) tot 8,5% van de totale lasten (inclusief reservemutaties) van de primaire programmabegroting. Voor 2026 bedraagt de limiet voor de gemeente Haarlemmermeer afgerond € 58 miljoen.
De renterisiconorm beperkt het renterisico op de langlopende financiering. De norm bevordert de spreiding van de looptijden van de kapitaalmarktleningen (looptijd lening > 1 jaar) door de omvang te beperken van de leningen waarvoor de rente in een bepaald jaar moet worden aangepast. Het rijk heeft de maximale omvang van leningen met een rente-aanpassing vastgesteld op 20% van het begrotingstotaal (inclusief reservemutaties). In 2026 bedraagt de renterisiconorm € 137 miljoen. Wij moeten in 2026 een bedrag van € 33 miljoen herfinancieren en blijven hiermee ruim onder de renterisiconorm.