Onderdeel D: Onvoorzien/saldo kostenplaatsen

Wat mag het kosten?

Tabel 71

(Bedragen × € 1.000)

JR2024

2025

2026

2027

2028

2029

Onderdeel D: Onvoorzien/saldo kostenplaatsen.

Baten

57

-

-

-

-

-

Lasten

3.999

8.880

25.336

25.938

23.820

29.061

Saldo

-3.942

-8.880

-25.336

-25.938

-23.820

-29.061

Uitsplitsing baten en lasten naar taakveld

(Bedragen × € 1.000)

JR2024

2025

2026

2027

2028

2029

0.8 Overige baten en lasten

57

0

0

0

0

0

Baten

57

0

0

0

0

0

0.8 Overige baten en lasten

3.999

8.880

25.336

25.938

23.820

29.061

Lasten

3.999

8.880

25.336

25.938

23.820

29.061

Saldo van baten en lasten (B-L)

-3.942

-8.880

-25.336

-25.938

-23.820

-29.061

Onvoorziene uitgaven

Voor onvoorziene uitgaven is een bedrag geraamd van € 35.000 per jaar. De post onvoorziene uitgaven is bestemd voor kleine posten die onvoorzien, onuitstelbaar en onvermijdbaar zijn. Hierbij is het uitgangspunt dat deze in eerste instantie binnen de beschikbare budgetten opgevangen moeten worden. Pas in tweede instantie kan de raming voor onvoorziene uitgaven worden benut. Voor relatief grote tegenvallers is de raming voor onvoorziene uitgaven niet bedoeld. Grote tegenvallers komen direct ten laste van het resultaat en de Algemene dekkingsreserve.

Stelposten

In de Programmabegroting 2026-2029 zijn de volgende stelposten geraamd:

Tabel 72

Omschrijving (bedragen x € 1.000)

2026

2027

2028

2029

Stelpost areaalsystematiek groei van de gemeente

2.552

5.633

10.989

18.106

Stelpost volume groei jeugdzorg en Wmo

1.469

2.949

4.443

5.953

Stelpost schaalsprong wonen

1.970

1.943

1.943

1.943

Stelpost bedrijfsvoering

258

258

258

258

Stelpost versterking organisatie

366

366

366

366

Stelpost kapitaallasten/realisatiegraad investeringen

-3.769

-5.672

-7.187

-10.715

Stelpost indexaties (loon- en pijsstijgingen)

22.520

22.623

22.891

22.925

Stelpost ombuigingen

-500

-2.633

-10.354

-10.246

Totaal stelposten

24.866

25.467

23.349

28.590

De mutaties op deze stelposten ten opzichte van de Voorjaarsrapportage 2025 staan in het overzicht ‘Verloop stelposten’, in het hoofdstuk Financiële begroting.
Bij de vaststelling van de Voorjaarsrapportage 2024 (7735887) is besloten een areaalsystematiek in te voeren om de stijging van de lasten als gevolg van de groei van de gemeente te verwerken in het meerjarenbeeld. De areaalsystematiek brengt de financiële impact van de autonome groei op de primaire processen, waarbij de gehele begroting wordt betrokken, in beeld. Middels de stelpost 'areaalsystematiek groei van de gemeente' zijn de hogere lasten geraamd in het meerjarenbeeld. In de Voorjaarsrapportage 2026 wordt de stelpost bijgesteld op basis van de werkelijke groei in 2025 en volgt besluitvorming over toekenning van budgetten aan de verschillende programma's/beleidsdoelen.

Voor de volumegroei jeugdzorg en Wmo voor de huidige inwoners is rekening gehouden met een groei van 1% voor de jaren 2026 en verder. De hogere lasten als gevolg van de volumegroei door de stijging van het aantal inwoners is verwerkt in de areaalsystematiek groei van de gemeente.

Voor het dekken van de kapitaallasten van investeringen in verband met de schaalsprong wonen is vanaf 2024 een stelpost opgenomen. Conform een besluit van de raad bij de vaststelling van de Investeringsstrategie Wonen (2021.0002603) wordt in een begrotingsjaar resterend bedrag van deze stelpost in de jaarrekening van dat jaar gestort in de reserve Schaalsprong.

Een deel van de middelen voor de versterking van de organisatie, die beschikbaar zijn gesteld op basis van het coalitieakkoord 2022-2026, is nog niet toegewezen voor de jaren 2026 en verder. Hiervoor wordt later de afweging gemaakt waar een verdere versterking het meest noodzakelijk is.

De stelpost kapitaallasten betreft met name het geraamde voordeel op de investeringen als gevolg van de aanname dat 57,5% van de geraamde investeringsbedragen gerealiseerd wordt.

De stelpost indexaties is gebaseerd op de in de Voorjaarsrapportage 2025 vastgestelde indexeringen. In de paragraaf 'Grondslagen begroting' zijn deze vermeld.

Een deel van de maatregelen voor een sluitende begroting (stelpost ombuigingen) kan nog niet worden geraamd op concrete begrotingsposten en zijn daarom als stelpost geraamd. Dit betreft vanaf 2026 de structurele onderuitputting op opleidingskosten en vanaf 2027 de te realiseren besparingen op grond van de Hervormingsagenda Jeugd.

Beïnvloedbaarheid lasten uitgedrukt in %

Figuur 78

Toelichting

Beïnvloedbaar

De beïnvloedbare lasten betreft de raming voor onvoorziene uitgaven.

Niet beïnvloedbaar

De niet-beïnvloedbare lasten zijn de in de begroting opgenomen stelposten.