Voornaamste risico's

Projectspecifieke risico's bij negatieve grondexploitatieprojecten (R20)

Ruimtelijke ontwikkelingen (G5, K2, I)

Door middel van grondexploitaties ontwikkelen wij gronden die in ons bezit zijn. Daaraan zijn financiële risico’s verbonden: het risico dat de prijzen niet of minder stijgen dan waarmee gerekend is, het risico dat het beoogde programma niet of niet geheel kan worden uitgevoerd en het risico dat de grondverkopen niet volgens het geplande tempo verlopen. Het maximum risicobedrag is het ongewogen risicobedrag van de negatieve grondexploitaties, het minimumbedrag is het gewogen risicobedrag. De getallen zijn op basis van het MPG 2024, stand 1 januari 2024.

Als gevolg van toenemende onzekerheden in de ontwikkeling van de grondprijzen, de stijging van de bouwkosten en daarmee de parameters, het tempo waarin de grondverkopen plaatsvinden als gevolg van onder andere stroomproblematiek en onduidelijkheden bij procedures is het gewogen financiële gevolg (minimum risico) bij de verliesgevende grondexploitaties toegenomen. De toename van het gewogen financiële gevolg (minimum risico) zegt dat de risico's in de grondexploitaties zijn toegenomen en de saldi onder druk staan. Het ongewogen financiële gevolg (maximum risico) is afgenomen, door de toename van kansen in verschillende grondexploitaties.

Beheersmaatregel: veranderen van gevolgen (beheersen).
Voor alle actieve grondexploitaties wordt een register van risico's (en kansen) bijgehouden, en daarin zijn voor alle onderliggende risico's waar mogelijk de beheersmaatregelen aangegeven.

Strategische gronden GEM A4 Zone West en De President (R41)

Ruimtelijke ontwikkelingen (G4, K1, I)

In de grondexploitatie van de GEM A4 Zone West C.V. (STP) wordt rekening gehouden met de inbreng van de waarde van de gronden, welke de Gemeente Haarlemmermeer op haar balans heeft staan. Voor de gronden van De President 2.0 (grondbank Hillegondshoeve) is er een algemene afspraak om deze gronden op gelijke wijze als President 1.2 te ontwikkelen. Vanwege regionale afspraken kunnen deze laatst genoemde gronden in principe pas na 2030 worden ontwikkeld. Vanwege aanhoudende vraag wordt gekeken of President 2.0 versneld tot ontwikkeling kan worden gebracht.

Beheersmaatregel: veranderen van gevolgen (beheersen)
Voor de gronden ten behoeve van GEM A4 Zone West zijn nadere afspraken gemaakt over de wijze en snelheid van inbreng van de (resterende) gronden. Door deze afspraken, in combinatie met gesloten overeenkomsten (koop-, reserverings- en intentie overeenkomsten) en de afzetprognose, zullen naar verwachting alle gronden voor 2030 zijn ingebracht. In totaal is qua waarde ongeveer 71% van de gronden geleverd aan GEM A4 Zone West. Er volgt nog ongeveer 16% of in 2025. De laatste 13% volgt bij betaling van de resterende € 8 miljoen.

Grootschalige investeringsprojecten (R90)

Ruimtelijke ontwikkelingen (G4, K3, I)

Dit zijn de projecten die zijn opgenomen in het Investeringsplan. Het risico bestaat onder andere uit mogelijke kredietoverschrijdingen bij de realisatie als gevolg van nieuwe (bouw)eisen, vertraging, wegvallen van subsidies of andere onvoorziene omstandigheden.

Beheersmaatregel: Divers, afhankelijk van het investeringsproject
Om het inzicht en de stuurbaarheid van deze projecten te vergroten kennen wij het Strategisch Perspectief Investeringen (SPI). Deze wordt twee keer per jaar aan de raad aangeboden. Grote investeringen (van € 2,0 miljoen en hoger) worden daarin nader toegelicht met aandacht voor actualiteiten, risico’s, faseringen en over- en onderschrijdingen.

Badhoevedorp Zuid (R251 t/m R256)

Ruimtelijke ontwikkelingen (G, K, I)

De gemeente wordt verweten onrechtmatig gehandeld te hebben omdat wij ons niet of onvoldoende zou hebben ingespannen mee te werken aan ontwikkelingsmogelijkheden in Badhoevedorp Zuid. Er is een uitspraak van de rechtbank Amsterdam, hiertegen is de gemeente Haarlemmermeer in hoger beroep gegaan. Tegelijkertijd loopt er een schadestaat procedure waarbij de tegenpartij de schade heeft opgemaakt. Als reactie daarop hebben wij uitgebreid onderzoek laten doen met gespecialiseerde bureaus. De resultaten daarvan zijn meegenomen in de geactualiseerde risicoanalyse die Naris medio 2019 met de gemeente heeft uitgevoerd. Op basis daarvan is de conclusie dat, naar de stand van zaken van deze procedures, geen voorziening nodig is. De risicoanalyse is onderdeel van de berekening die gemaakt wordt ten behoeve van het weerstandsvermogen. Op 16 maart 2020 is bekend gemaakt dat de aandelen van TeleVerde BV door een overname in handen zijn gekomen van een andere partij. Het feit dat TeleVerde BV nieuwe aandeelhouders heeft gekregen is nog niet direct van invloed op de lopende procedures tussen de gemeente en TeleVerde BV. Wel zijn er constructieve gesprekken gaande tussen ons en de nieuwe aandeelhouders van TeleVerde. Mede hierdoor zijn het hoger beroep en de schadestaatprocedure “on hold” gezet in de hoop dat er tot een oplossing gekomen kan worden. De claim is vooralsnog niet van de baan. We hebben wel goede hoop dat dit aan een oplossing van het geschil kan bijdragen, maar op dit moment is er nog geen reden voor wijziging van het risico.

Beheersmaatregel: Verminderen
Bij het voeren van de gerechtelijke procedures laten wij ons bijstaan en adviseren door onze huisadvocaat en expertisebureaus.

Daling grondprijzen 10% bij actieve grondexploitaties (R265)

Grondbeleid (G5, K2, I)

De commissie BBV beveelt aan om conjuncturele risico's op te nemen in de berekening van de weerstandscapaciteit. Op basis van een gevoeligheidsanalyse op de actieve grondexploitaties is de top 3 van conjunctureel risico's opgenomen. Een van de risico's houdt in dat de grondprijzen in de grondexploitaties met 10% dalen.

Beheersmaatregel: delen van het risico met (een) andere partij(en)
Er wordt getracht om de grondprijzen in contracten met partijen vast te leggen zodat deze ongevoelig blijven voor het eventueel dalen van de grondprijzen in een economisch mindere periode.

Kostenstijging investeringsramingen grondexploitaties (R266)

Grondbeleid (G5, K2, I)

De commissie BBV beveelt aan om conjuncturele risico's op te nemen in de berekening van de weerstandscapaciteit. Op basis van een gevoeligheidsanalyse op de actieve grondexploitaties is de top 3 van conjunctureel risico's opgenomen. Een van de risico's houdt in dat de kosten van de investeringen in de grondexploitaties stijgen door een oververhitte markt door onder andere geopolitieke spanningen. Het risico van kostenstijging is grotendeels opgetreden en het effect op de netto contante waarde (NCW) zit verwerkt in de cijfers van het MPG 2024. Voor de komende jaren is tot en met 2025 in verband met de onzekerheid een (hogere) gedifferentieerde kostenstijging opgenomen in de grondexploitaties en vanaf 2026 wordt weer het langjarig gemiddelde gehanteerd. Dit geeft aanleiding om voor dit risico terug te gaan naar 1% hogere kostenstijging ten opzichte van de gehanteerde parameter in de grondexploitatie.

Beheersmaatregel: delen van het risico met (een) andere partij(en)
Strategisch omgaan met aanbestedingen zoals het vroegtijdig contracteren van aannemers voor de uitvoering van de investeringswerkzaamheden en bijvoorbeeld over de schaalgrootte van het gebied (opknippen versus samenvoegen). We hanteren tot en met 2025 gedifferentieerde parameters als gevolg van onzekerheid alvorens vanaf 2026 het langdurig gemiddelde aan te houden.

Geen opbrengstenstijging in de grondexploitaties (R267)

Grondbeleid (G5, K2, I)

De commissie BBV beveelt aan om conjuncturele risico's op te nemen in de berekening van de weerstandscapaciteit. Op basis van een gevoeligheidsanalyse op de actieve grondexploitaties is de top 3 van conjuncturele risico's opgenomen. Een van de risico's houdt in dat de geraamde opbrengsten 1% dalen.

Beheersmaatregel: delen van het risico met (een) andere partij(en)
Er wordt getracht om de stijging van de grondprijzen (indexeringen) in contracten met partijen vast te leggen zodat deze ongevoelig blijven voor het eventueel niet meer stijgen van de grondprijzen (opbrengsten) in een economisch mindere periode.

ICT-systemen kunnen uitvallen (R289)

Overzicht Overhead (G4, K1, I)
Hoewel vrijwel alle ICT-systemen dubbel zijn uitgevoerd, kunnen er systemen uitvallen. Hierdoor kunnen diensten aan inwoners en ondernemers tot stilstand komen. Dit leidt in ieder geval tot productieverlies, maar kan ook leiden tot andere nadelige gevolgen. De kans op groot dataverlies is klein.

Beheersmaatregel: veranderen van de gevolgen (beheersen)
Netwerkcomponenten, lijnverbindingen en ons datacenter zijn in meervoud aanwezig, zodat uitval van een component kan worden opgevangen door een tweede exemplaar. Het uitwijkdatacenter is buiten het grondgebied van de gemeente Haarlemmermeer geplaatst.

Beheersmaatregel: veranderen van de waarschijnlijkheid (beheersen)
Omdat wijzigingen een belangrijke oorzaak zijn van uitval, is het belangrijk om het wijzigingenproces goed vast te leggen en hierop te sturen. We hanteren een 'change process' met een change manager. Wekelijks worden alle gewenste wijzigingen besproken in een change advisory board (CAB) waarin de juiste deskundigheden zijn vertegenwoordigd.

Gemeentefonds (R291)

Overzicht Algemene Dekkingsmiddelen (G5, K3, S)

De grootste inkomstenbron voor onze gemeente betreft de uitkering gemeentefonds (45% van de totale inkomsten van Haarlemmermeer). Het gemeentefonds wordt gevoed door het Rijk. Zowel de voeding van het fonds, als de verdeling ervan, is afhankelijk van een complex geheel van factoren. Als gevolg van externe ontwikkelingen bij de voeding en verdeling van het gemeentefonds bestaat de kans dat ons aandeel vanuit het gemeentefonds positief of negatief afwijkt van de verwachting, waardoor een niet direct te beïnvloeden voor- of nadeel in de begroting ontstaat. Op basis van ervaring uit het verleden bij afwijkingen in het gemeentefonds gaan wij nu uit van een afwijking maximaal 1%, dit heeft een structureel effect van € 2,9 miljoen op onze begroting.

Het Hoofdlijnenakkoord 2024-2028 (en de bijbehorende financiële bijlage) tussen PVV, VVD, NSC en BBB geeft geen zicht op compensatie voor het ravijn bij het gemeentefonds vanaf 2026. Het kabinet werkt echter nog aan een regeerprogramma en het is niet duidelijk wat de effecten van het nieuwe regeringsbeleid zijn. Zo is er bijvoorbeeld het voornemen om de specifieke uitkeringen (Spuk's) naar het gemeentefonds over te brengen met 10% korting. Op basis van ons aandeel in de korting die in het hoofdlijnenakkoord is ingerekend voor het overbrengen van de specifieke uitkeringen, is de omvang van dit risico bij de Programmabegroting 2025-2028 met structureel € 5 miljoen verhoogd.

Beheersmaatregel: veranderen van de gevolgen (beheersen)
Actief volgen van publicaties (onder andere circulaires) van het ministerie van BZK en verwerken van de uitkomsten in de P&C cyclus.

Ongewenste toegang gemeentelijke systemen (R293)

Overzicht Overhead (G5, K2, I)

Ondanks de genomen maatregelen, kan nooit worden uitgesloten dat een hacker toegang krijgt tot de gemeentelijke systemen. In het ergste geval worden gegevens ontoegankelijk gemaakt, al dan niet permanent. Vaak heeft de hacker financiële motieven en vraagt losgeld om de systemen weer vrij te geven.

Beheersmaatregel: veranderen van de waarschijnlijkheid (beheersen)
We zorgen voor het bijhouden van de kennis en kunde, het aanbrengen van de laatste updates en het monitoren van kwetsbaarheden. Doordat hackers wereldwijd actief kunnen zijn, kunnen ze beschikken over ruime middelen en gespecialiseerde hackers. Het is daarom belangrijk om continu alert te zijn, de hackers een stap voor te blijven en het zo lastig mogelijk maken.

Arrest Didam (R329)

Ruimtelijke ontwikkelingen (G5, K2, I)

Op 26 november 2021 heeft de Hoge Raad een arrest gewezen, waarin regels worden geformuleerd waar de gemeente zich aan heeft te houden als zij onroerend goed verkoopt (of verhuurt, uitgeeft in erfpacht of in een recht van opstal). De regels vloeien voort uit het oordeel dat de gemeente daarbij het gelijkheidsbeginsel in acht moet nemen, wat in deze context betekent dat de gemeente transparant moet handelen en in beginsel mededingingsruimte moet bieden. Dat laatste betekent dat alle geïnteresseerde en volgens objectieve, redelijke en toetsbare criteria geschikte partijen een gelijke kans hebben om voor aankoop van onroerende zaak in aanmerking te komen. Er hoeft geen mededingingsruimte te worden geboden indien bij voorbaat vaststaat of redelijkerwijs mag worden aangenomen dat op grond van objectieve, toetsbare en redelijke criteria slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt voor de aankoop. In dat geval dient het voornemen tot verkoop tijdig voorafgaand aan de verkoop bekend te worden gemaakt. In de bekendmaking dient te worden gemotiveerd waarom slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt.

Bij een aantal afgeronde en lopende projecten (vastgoed en grondzaken) is het de vraag of en hoe de gemaakte afspraken passen binnen de door de Hoge Raad gestelde regels. Hier bestaat bijvoorbeeld het risico dat de gemeente haar contractuele verplichtingen mogelijk niet kan nakomen met als gevolgen vertraging, vergoeding van schade en extra plankosten in verband met begeleiding en juridische ondersteuning. De basisinventarisatie van deze contracten is in 2023 uitgevoerd door een intern team en is extern getoetst. Op basis van deze uitkomsten heeft recent een nadere kwantificering van de risico’s plaatsgevonden, waarmee het risicoprofiel is gebaseerd op de actuele situatie. In algemene zin wordt hierbij opgemerkt dat kans en impact van het Didam arrest op dit moment lastig in te schatten zijn, mede omdat dossiers lopend en nog aan verandering onderhevig zijn in de tijd en er doorlopende ontwikkelingen zijn op het gebied van jurisprudentie en wet- en regelgeving rondom het Didam arrest.

Beheersmaatregel: Behouden van dit risico op basis van een zichtbare onderbouwing (accepteren)
De werkgroep heeft de hele vastgoed- en grondpositieportefeuille getoetst, verder worden de ontwikkelingen rondom het Didam arrest (jurisprudentie) gemonitord.

Rentestijging (R331)

Overzicht algemene dekkingsmiddelen (G5, K3, S)

Het huidige economisch perspectief is onzeker. Er was de afgelopen jaren sprake van hoge inflatie. Om die inflatie te bestrijden heeft de Europese Centrale Bank (ECB) enkele renteverhogingen doorgevoerd. De ECB geeft aan dat de rentetarieven nu op een niveau staat dat deze bijdragen aan het terugbrengen van de inflatie naar het doel van 2%. De inflatie lijkt af te zwakken. Daarom is de kans op dit risico bij de Jaarstukken 2023 verlaagd. Tijdens de vergadering van de Raad van Bestuur van de ECB in juni 2024 is een eerste stap gezet om de rente te verlagen. Tijdens de volgende vergaderingen van de Raad van Bestuur van de ECB wordt opnieuw naar de rentetarieven gekeken. Eventuele aanpassingen werken door in de rentetarieven die de gemeente verschuldigd is voor nieuw af te sluiten leningen. In de Voorjaarsrapportage 2024 is rekening gehouden met een stijging van de te betalen rente van 3,25% naar 3,75%. De kans is aanwezig dat de rente toch weer gaat stijgen en de rentelasten in het meerjarenbeeld verder toenemen. In de kwantificering van dit risico wordt rekening gehouden met een stijging tot 4,75% in 2028. Bij de Voorjaarsrapportage 2025 wordt opnieuw gekeken naar de aan te houden percentages voor nieuwe financiering en de rekenrente. De omvang van dit risico zal daarbij worden betrokken.

Beheersmaatregel: behouden van het risico op basis van een zichtbare onderbouwing (accepteren)
Actief volgen van de ontwikkelingen van de kapitaalmarkt en verwerken in de P&C cyclus. In het uiterste geval kan er ook voor gekozen worden te prioriteren en temporiseren bij de voorgenomen investeringen.

Aankopen en exploitatie in het kader van Wvg Stationskwartier en Graan voor Visch Zuid te Hoofddorp (R337)

Ruimtelijke ontwikkelingen (G5, K3, I)

In het kader van Wet voorkeursrecht gemeente (Wvg) doet de gemeente strategische aankopen in het Stationskwartier en Graan voor Visch Zuid in Hoofddorp. De intentie van deze aankopen is om deze later in te zetten in gebiedsontwikkelingsprojecten of vastgoedontwikkeling. Aan deze aankopen gaat een onderhandelingstraject vooraf. Deze aankopen zijn nog niet in een grond- of vastgoed-exploitatie opgenomen. Het risico is dat bij geen doorgang of vertraging van het project, de dan geldende marktwaarde lager is dan de boekwaarde en er dus extra kosten voor rekening van de gemeente komen. Daarnaast kan bij verwerving sprake zijn van aankoop inclusief zittende huurders wat risico’s met zich meebrengt. Zekerheidshalve wordt daarom thans 10% van het aankoopbedrag opgenomen als risico. Dit percentage zal als er meer aankopen komen, jaarlijks worden herzien.

Beheersmaatregel: veranderen van de gevolgen (beheersen)
Omdat deze investeringen onder de materiële vaste activa worden opgenomen, worden er, anders dan bij grondexploitaties, geen bijkomende kosten toegevoegd. Door verhuur en tijdelijke exploitatie worden inkomsten verworven om de kosten te dekken.

Het niet meer kunnen uitvoeren van Inburgering na 2025 (R341)

Maatschappelijke ontwikkeling (G4, K3, S)

Wij bieden hulp aan statushouders bij het inburgeren. We zien een toename van het aantal statushouders. Hierdoor zijn er meer mensen nodig om deze toestroom aan te kunnen. In de voorjaarsrapportage en najaarsrapportage van 2023 zijn incidentele middelen beschikbaar gesteld, maar niet voldoende in het jaar 2026. Als er geen extra structurele middelen beschikbaar komen voor de versterking van de formatie, betekent dit dat we de taakstelling vanuit het Rijk niet kunnen realiseren. Statushouders kunnen dan niet tijdig worden gehuisvest en de inburgering kan niet starten conform het vastgestelde beleid.

Beheersmaatregel: Behouden van het risico op basis van een zichtbare onderbouwing (accepteren)
We zullen de toestroom van statushouders en de landelijke ontwikkelingen op dit gebied volgen.

Zorglandschap jeugdzorg (R353)

Maatschappelijke ontwikkeling (G3, K4, I)

De kans bestaat dat we geen dekkend zorglandschap meer hebben. Aanbieders binnen de jeugdzorg ondervinden veel hinder van de personeelskrapte op de arbeidsmarkt. Hierdoor worden vacatures ingevuld met inhuur, wat meer geld kost. Ook de landelijke ontwikkelingen zoals afbouw van jeugdzorgplus hebben financiële consequenties tot gevolg. Beide ontwikkelingen vergroten de kans dat de afgesproken tarieven onvoldoende blijken te zijn. Zonder extra financiële bijdrage kan een zorgaanbieder failliet gaan. Er is dan geen dekkend zorglandschap meer.

Beheersmaatregel: behouden van het risico op basis van een zichtbare onderbouwing (accepteren)
We zijn met de aanbieders in overleg welke mogelijkheden er zijn om deze problemen op te lossen. De personeelskrapte is echter een factor waar beide partijen weinig aan kunnen doen.

Datalekken (R362)

Overzicht Overhead (G4, K3, I)

Ondanks toegenomen aandacht voor beveiliging, privacy en datamanagement, bestaat het risico dat er datalekken optreden. Dit kan leiden tot boetes, schadevergoedingen en imagoschade. Vanwege de kans op boetes of schadevergoedingen is er sprake van een financiële risicogevolgcategorie. Doordat de overheid door een datalek negatief in het nieuws kan komen, kan weerstand in de samenleving ontstaan tegen overheidshandelen. Doordat misbruik van de persoonsgegevens soms kan leiden tot identiteitsfraude of chantage, ontstaat een gevolg voor de veiligheid. Het kan bijvoorbeeld leiden tot het (tijdelijk) stopzetten van een project omdat er onvoldoende privacy-beschermende maatregelen zijn genomen.

Beheersmaatregel: veranderen van de waarschijnlijkheid (beheersen)

  • We organiseren bewustwoordingstrainingen voor alle medewerkers.

  • Werkprocessen kunnen worden verbeterd aan de hand van een Data Protection Impact Assessment (DPIA).

Bescherming persoonsgegevens (R363)

Overzicht overhead (G4, K3, I)

Doordat niet voor alle werkprocessen een DPIA is uitgevoerd, weten we niet of alle persoonsgegevens goed beschermd zijn. Hierdoor kunnen mogelijk niet geautoriseerde personen toegang krijgen tot persoonsgegevens. Bij processen met hoge privacyrisico’s voor betrokkenen is het uitvoeren van een DPIA wettelijk verplicht. Mogelijke gevolgen van het niet uitvoeren van een DPIA zijn misbruik van persoonsgegevens en een boete van de Autoriteit Persoonsgegevens.

Beheersmaatregel: veranderen van de waarschijnlijkheid (beheersen)
Om onjuist gebruik van persoonsgegevens te voorkomen, is het uitvoeren van een DPIA een goed hulpmiddel. Bij processen met hoge privacyrisico’s voor betrokkenen is het uitvoeren van een DPIA zelfs een wettelijke verplichting. Een DPIA is een instrument om (voorafgaand aan de verwerking van persoonsgegevens) privacyrisico’s van een gegevensverwerking in kaart te brengen, zodat een organisatie passende maatregelen kan nemen om de privacyrisico’s te verkleinen.

Het regiesysteem van het Sociaal Domein is via een samenwerkingsconstructie met de NVSI (Nederlandse Vereniging voor Sociale Innovatie) aanbesteed (quasi aanbesteding) (R365)

Zorg en werk (G4, K4, I)
Het regiesysteem van het Sociaal Domein is via een samenwerkingsconstructie met de NVSI (Nederlandse Vereniging voor Sociale Innovatie) aanbesteed (quasi aanbesteding). Het gevolg hiervan zou kunnen zijn dat we de software opnieuw moeten aanbesteden en implementeren, wat aanzienlijke kosten met zich mee zal brengen. Onderbouwing is een grove schatting. De vorige aanbesteding heeft veel geld en tijd gekost, daarom relatief hoog ingezet. De aanbesteding van de software voor financiën, hrm en subsidieverlening zat hoger, vandaar dat hier op maximaal € 2 miljoen wordt geschat. De vertraging in de planning is ook een schatting, het moet naast het normale werk gedaan worden en daar is al een hoge werkdruk. Op dit moment is met dit project ook in geen enkele planning rekening gehouden.

Beheersmaatregel: wegnemen van de risicobron (beheersen)
Door de overname van de leverancier en ontwikkelingen bij NVSI wordt op dit moment onderzocht of we gebruik kunnen blijven maken van het regiesysteem zonder nieuwe aanbesteding en implementatie.