Beleidsdoel C: Onze inwoners zijn economisch zelfstandig; werk boven uitkering.

Wat willen wij bereiken en wat gaan wij daarvoor doen?

De Participatiewet en de wet maatregelen Wet Werk en Bijstand (WWB) zijn de wettelijke kaders. De bundeling van uitkeringen inkomensvoorzieningen aan gemeenten (BUIG) die gemeenten ontvangen voor het bekostigen van uitkeringen en voor de loonkostensubsidie van arbeidsbeperkten, heeft de laatste jaren grote fluctuaties laten zien. Dit komt door een landelijke verdeelsystematiek die onder andere gebaseerd is op economische groei en inwoneraantal. Ook is pas laat in het jaar bekend wat de definitieve toekenning vanuit het Rijk is. Daarom moeten we zorgvuldig sturen op de uitgaven. Zo sturen we op de uitstroom naar werk, waardoor besparingen op het BUIG-budget ontstaan en op het rechtmatig gebruik van de BUIG. Onze aanpak is gericht op versterking van het toegangsproces, toeleiding naar werk, handhaving en debiteurenbeheer.

Onze activiteiten zijn gericht op een vermindering van het aantal personen die een uitkering ontvangen. Onze re-integratie aanpak is erop gericht onze inwoners zo snel mogelijk blijvend naar werk te begeleiden. Indien nodig werken we hiervoor samen met marktpartijen. Ons arbeidsmarktbeleid is erop gericht dat het aansluit bij onze re-integratieactiviteiten. Zo willen we dat inwoners die een uitkering ontvangen blijvend uitstromen, bij voorkeur in sectoren die een tekort aan arbeidskrachten kennen. Wij werken regionaal samen waar dit verplicht of wenselijk is.

Activiteiten

  1. Uitoefenen van de poortwachtersfunctie
  2. Bemiddelen richting arbeidsmarkt
  3. Organiseren werkgeversbenadering
  4. Uitvoering AM match

Toelichting

1. Uitoefenen van de poortwachtersfunctie

Sinds 2018 is een daling van de instroom in de bijstand te zien. Aan de poort stimuleren wij inwoners om zoveel als mogelijk zelf in hun levensonderhoud te voorzien. De intake gaat in op de verschillende levensdomeinen, waardoor een completer beeld van de inwoner ontstaat, op basis waarvan in samenspraak met de inwoner een passend traject wordt ingezet. Inwoners die nieuw instromen in de bijstand en die geen of een korte afstand tot de arbeidsmarkt hebben, maar door een korte training zich beter kunnen presenteren op de arbeidsmarkt, bemiddelen wij actief naar werk. Ook inwoners die op korte termijn aanspraak kunnen gaan maken op bijstand, zoals WW’ers (werkloosheidswet), benaderen wij binnen de arbeidsmarktregio met als doel de instroom in de bijstand te voorkomen. In de komende jaren blijven wij hier inzet op plegen.

2. Bemiddelen richting arbeidsmarkt

Bij de aanpak ligt onze focus op werk boven uitkering. Wij begeleiden inwoners die aangewezen zijn op een bijstandsuitkering of die in een uitkeringssituatie dreigen te komen (zoals voortijdige schoolverlaters, scholieren die uitstromen uit het Praktijkonderwijs of voortgezet speciaal onderwijs) naar werk. Ook stimuleren we parttime werk waardoor we besparingen op het BUIG-budget realiseren. Door inzicht in de opbouw van ons bijstandsbestand, sturen we gericht op de begeleiding van bepaalde groepen. Dit geldt voor groepen die met een geringe of grotere inspanning begeleid kunnen worden naar werk en op specifieke groepen zoals de 50+ers, alleenstaande ouders en statushouders. Voor inwoners voor wie werk een stap te ver is zetten wij werkervaringsplekken in en bemiddelen we naar vrijwilligerswerk.

Via AM match bemiddelen we personen met een loonwaarde van 40% tot 70% van het wettelijk minimumloon naar werk. Waar nodig worden (korte) trajecten ingezet bijvoorbeeld ons eigen ontwikkelde traject ‘Mijn kortste route naar werk’, of worden maatwerktrajecten ingekocht bij onze samenwerkingspartners. Tevens wordt ingezet op een wijkgerichte aanpak. Het Wijkleerbedrijf is hier een voorbeeld van. Ieder jaar bezien we opnieuw hoe het Wijkleerbedrijf zich kan ontwikkelen om zo goed mogelijk inwoners te begeleiden naar werk in de sectoren waar behoefte is aan praktijk geschoold personeel.

Om statushouders te begeleiden naar werk worden vooral taaltrajecten, opleidingen en trainingen ingezet. Statushouders die net gestart zijn met een baan worden tijdelijk begeleid en ondersteund, om blijvende uitstroom te bewerkstelligen. Met deze werkwijze verwachten wij dat meer statushouders een plek op de arbeidsmarkt kunnen verwerven.

3. Organiseren werkgeversbenadering

Het is belangrijk dat vraag en aanbod op de arbeidsmarkt elkaar weten te vinden, zeker in sectoren waar er meer vraag dan aanbod van personeel is. Het is daarom van belang dat onderwijs en werk op elkaar afgestemd zijn en dat personen opgeleid worden voor sectoren waarin werk is. Het LeerWerkLoket Groot-Amsterdam en het Werkgeversservicepunt (WSP) spelen hierin een belangrijke rol. Binnen de Metropool Regio Amsterdam (MRA) nemen we deel aan het House of Skills, een leer-, experimenteer- en matchingscentrum voor met name middelbaar opgeleiden. Wij doen als initiatiefnemer actief mee in het MRA-Loket voor grote werkgevers en blijven de jaarlijkse netwerkbijeenkomsten van de Alliantie Arbeidsmarkt & Onderwijs organiseren. Met deze alliantie verbinden we op urgente thema’s het bedrijfsleven met de onderwijsinstellingen. Met onze inzet op social return en sociaal ondernemerschap geven we extra aandacht aan het arbeidsmarktperspectief van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

4. Uitvoering AM match

AM match bedient de doelgroep die 40 tot 70% van het wettelijk minimumloon kan verdienen waaronder de doelgroep van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), personen die (voorlopig) alleen in een beschutte omgeving kunnen werken en personen met een bijstandsuitkering. De organisatie is dus ook de uitvoeringsorganisatie van de Wet banenafspraak, waarbij zij intensief samenwerkt met de partners binnen de arbeidsmarktregio Groot-Amsterdam. AM match voert ook de Wsw voor de gemeente uit. Sinds de introductie van de Participatiewet in 2015 kent de Wsw geen nieuwe instroom meer. Daarnaast onderzoekt AM match de mogelijkheden om ook de doelgroep te begeleiden die zich op het snijvlak van arbeidsmatige dagbesteding en (beschut) werk bevindt.

Tabel 48 Wat mag het kosten?

(Bedragen × € 1.000)

JR2018

2019

2020

2021

2022

2023

Beleidsdoel C: Onze inwoners zijn economisch zelfstandig; werk boven uitkering.

Baten

11

380

31

31

31

31

Lasten

8.297

7.952

7.346

7.238

7.158

7.045

Saldo

-8.285

-7.571

-7.315

-7.207

-7.127

-7.014

Toelichting op de verschillen ten opzichte van het voorgaande jaar

Tabel 49 

Verschillen ten opzichte van de gewijzigde begroting
(bedragen × € 1.000; min = nadeel )

2020

2021

2022

2023

Baten

ESF-subsidie

-226

-

-

-

Resultaat AM match

-123

-

-

-

Overig

-1

-

-

-

Totaal Baten

-350

-

-

-

Lasten

Wet Sociale Werkvoorziening

361

-

-

-

Gewijzigde verdeling van personeelslasten

-334

-

-

-

Werk boven uitkering

267

-

-

-

Statushouders

242

-

-

-

ESF-subsidie

226

-

-

-

Participatie

-130

108

80

113

Overig

-26

-

-

-

Totaal Lasten

606

108

80

113

Tabel 50 

Baten

In 2019 is eenmalig van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een subsidie Europees Sociaal Fonds (ESF) ontvangen vanuit de vaststelling eerste tranche (2014-2017), dit bedrag wordt ingezet voor de uitvoering van de participatiewet. Zie ook de lasten.

De jaarrekening 2018 van AM match heeft een voordelig resultaat. Dit resultaat is in 2019 uitbetaald aan de deelnemende gemeenten (zie nota van B&W 2019.0027152).

Lasten

Omdat in de meicirculaire gemeentefonds de bijdrage voor de Wet Sociale Werkvoorziening verlaagd is, worden ook het beschikbare budget voor deze taak verlaagd.

Als gevolg van een gewijzigde verdeling van personeelslasten over de beleidsdoelen is sprake van hogere doorbelasting in 2020 op dit beleidsdoel.

In 2019 zijn er middelen in de begroting bijgekomen middels een budgetoverheveling voor het projectmatig oppakken van de opgave 'Werk boven Uitkering' (RV 2017.0013519).

Bij de Voorjaarsrapportage 2019 is een herverdeling gemaakt van de middelen voor statushouders.

De ESF-subsidie betreft een neutrale mutatie, zie voor een toelichting de baten.

In de meicirculaire gemeentefonds 2019 heeft het Rijk haar bijdrage voor de uitvoering van de participatiewet meerjarig bijgesteld. Deze bijstelling wordt budgettair neutraal verwerkt door een correctie van de lasten.