Ontwikkeling meerjarenbeeld

Na het vaststellen van het meerjarenbeeld 2022-2025 in de Voorjaarsrapportage 2021 zijn er autonome ontwikkelingen geweest waardoor het meerjarenbeeld wijzigt. Het actuele meerjarenbeeld is nu als volgt:

Tabel 1 

Omschrijving (bedragen x € 1.000)

2022

2023

2024

2025

Geraamd saldo

-10.021

-12.641

-13.926

-15.215

Strategische heroriëntatie (ombuigingen)

2.756

6.673

8.266

13.098

Subtotaal

-7.265

-5.968

-5.660

-2.117

Meicirculaire gemeentefonds

2.352

769

-531

-1.288

Incidentele middelen jeugdzorg 2022

6.534

Verhoging stelpost jeugdzorg tot 75%

2.900

2.400

1.800

Toeristenbelasting extra hotelcapaciteit

1.000

2.000

Toeristenbelasting verhoging tarief

500

500

Kapitaallasten en financieringsresultaat

-729

-925

-370

-725

Deels vervallen stelpost OZB/Woz-waarde

400

400

400

400

Herberekening kostendekkendheid riolering en inzameling en verwerking van grondstoffen en restafval

137

136

136

136

Ontsluiting Hoofddorp-Noord (AM-locatie)

-3

-13

-26

-105

Diverse mutaties

-165

-57

-47

-47

Geactualiseerd meerjarenbeeld

1.261

-2.758

-2.198

554

Strategische heroriëntatie (ombuigingen)

Op 1 juli 2021 heeft de raad besloten tot ombuigingen om te komen tot een structureel sluitend meerjarenbeeld. De ombuigingen zijn gebaseerd op een strategische heroriëntatie. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar het onderdeel Strategische heroriëntatie.

Meicirculaire gemeentefonds

Het netto-effect van de mutaties op basis van de meicirculaire 2021 gemeentefonds (brief aan de raad 22 juni 2021, X.2021.03857) wordt nu verwerkt.

Incidentele middelen jeugdzorg 2022

Op 29 juni 2021 heeft de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) een brief gepubliceerd over de wijze van de verdeling van de extra middelen voor de jeugdzorg in 2022. De officiële verdeling wordt verwerkt in de septembercirculaire gemeentefonds 2021. Bij de brief is al wel een indicatieve verdeling per gemeente opgenomen. Voor Haarlemmermeer is het indicatieve bedrag € 9,6 miljoen. In de Voorjaarsrapportage 2021 is al rekening gehouden met een stelpost van € 3,1 miljoen, waarmee per saldo een voordeel van € 6,5 miljoen ontstaat voor het begrotingsjaar 2022. De raad is hierover geïnformeerd per brief van 9 juli 2021 (X.2021.04688).

Verhoging stelpost jeugdzorg tot 75%

Tussen het Rijk, het Interprovinciaal overleg (IPO) en de Vereniging van Nederlandse gemeenten (VNG) is afgesproken, dat gemeenten in hun meerjarenraming voor de jaarschijven 2023 tot en met 2025 rekening mogen houden met 75% van de bedragen uit de Hervormingsagenda Jeugd. Deze hervormingsagenda is gebaseerd op de arbitrage uitspraak van de Commissie van Wijzen. In de Voorjaarsrapportage 2021 is al rekening gehouden met een stelpost van € 5,1 miljoen per jaar. Op basis van de gemaakte afspraken kan deze stelpost conform Tabel 2 verhoogd worden.

Tabel 2 

Omschrijving (bedragen x € 1 miljoen)

2023

2024

2025

Landelijk tekort

1.828

1.828

1.828

Al door Rijk en VNG ingeboekte maatregelen

-374

-463

-570

Saldo te compenseren volgens Commissie van Wijzen

1.454

1.365

1.258

Aandeel Haarlemmermeer (op basis van indicatie 2022)

10,6

10,0

9,2

Volgens afspraak VNG/BZK/IPO maximaal 75% ramen vanaf 2023

8,0

7,5

6,9

Al geraamde stelpost in voorjaarsrapportage

-5,1

-5,1

-5,1

Nog te ramen (maximaal) ten gunste van de algemene middelen

2,9

2,4

1,8

Toeristenbelasting extra hotelcapaciteit

In de door de raad op 1 juli 2021 aangenomen motie 'Positief gestemd!' wordt er vanuit gegaan dat de toerismesector zich in de periode 2023 – 2025 zal herstellen en dat als dit herstel zich heeft ingezet de behoefte naar extra hotelkamers in Haarlemmermeer geleidelijk zal terugkeren. Gezien deze overweging verzoekt de raad het college voor 2024 en 2025 een meeropbrengst van respectievelijk € 1 miljoen en € 2 miljoen te ramen.
Deze meeropbrengst is onzeker. Dit omdat de omzet van de hotels door de coronacrisis nog zwaar onder druk staat (lagere bezetting én lagere overnachtingsprijzen) en het nog de vraag is of met name de zakelijke reiziger weer in dezelfde mate terug komt na corona. Het grootste deel van de hotels in Haarlemmermeer is gericht op de zakelijke markt.
Ondanks deze onzekerheid wordt, zoals de raad heeft verzocht, voorgesteld om in het meerjarenbeeld van de programmabegroting rekening te houden met deze meeropbrengst van € 1 miljoen in 2024 en € 2 miljoen in 2025. Wel zal de ontwikkeling van de opbrengst goed gevolgd worden. De geraamde meeropbrengst is tevens opgenomen bij de risico's in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.

Toeristenbelasting verhoging tarief

In de motie 'Toerist doet ook mee!' die de raad op 1 juli 2021 heeft aangenomen is aangegeven dat toeristen die in Haarlemmermeer overnachten met de ontwikkeling van Hoofddorp Centrum en het stationsgebied steeds meer gebruik gaan maken van gemeentelijke voorzieningen. Daarom vindt de raad een verhoging van de toeristenbelasting te verdedigen. De meeropbrengst zou vanaf 2024 structureel tussen de € 250.000 en € 500.000 moeten liggen. Met hierbij als randvoorwaarde dat de verhoging gemaximaliseerd wordt tot een percentage dat 0,2% ligt onder het % toeristenbelasting in Amsterdam. Het tarief van Amsterdam ligt nu op 7%.

Voorgesteld wordt om naar aanleiding van deze motie het tarief van de toeristenbelasting met ingang van 2024 met 0,24% te verhogen tot 6,29%. De meeropbrengst is dan € 500.000 en het tarief ligt onder het tarief van Amsterdam. Voorwaarde voor het realiseren van deze meeropbrengst, door de verhoging van het tarief, is wel dat de omzet van de hotels weer op niveau van voor de coronacrisis ligt.

Kapitaallasten en financieringsresultaat

De financieringsbehoefte voor de jaren 2022-2025 is geactualiseerd ten opzichte van de voorjaarsrapportage. De prognoses van de saldi van de reserves en voorzieningen zijn bijgesteld, evenals de geplande uitgaven van het investeringsplan 2021-2025.
De belangrijkste oorzaak van het verschil betreft de verwerking van het afsluiten van het krediet Bijdrage omlegging A9. Dit op basis van de besluitvorming van het MPG 2021 (raadsbesluit 2021.0000693, 10 juni 2021). In het meerjarenbeeld was nog rekening gehouden met een bijdrage uit de reserve Dekking afschrijvingslasten van € 1,4 miljoen. Omdat volgens het BBV de onttrekking gebaseerd moet zijn op de bedragen die gestort worden in de reserve en de onttrekking gedurende de hele looptijd van de investering (40 jaar) gedaan moet worden, is deze onttrekking verlaagd naar € 0,6 miljoen. Een nadeel van structureel € 0,8 miljoen. Hiertegenover staat een voordeel op de rentelasten van dit krediet omdat de betaalde bijdrage lager was dan geraamd. Dit rentevoordeel (€ 0,7 miljoen) is al verwerkt in de Voorjaarsrapportage 2021.

Deels vervallen stelpost OZB/Woz-waarde

Bij de vaststelling van de tarieven van de Onroerendezaakbelastingen (OZB) 2021 is voor de Woz-waarde van het luchthavengebied rekening gehouden met een lagere waarde als gevolg van de coronacrisis. In de prognose in november 2020 werd door Cocensus voorzichtigheidshalve rekening gehouden met de vermoedelijk laagste waarde. Daarbij is door Cocensus aangegeven dat de waardeverschillen op zouden kunnen lopen tot enkele honderden miljoenen euro's.
Als gevolg van de lagere Woz-waarde van het luchthavengebied ontstond door de lagere Woz-waarde een voordeel op de algemene uitkering uit het gemeentefonds, omdat de negatieve inkomstenmaatstaf lager werd. Bij de Voorjaarsrapportage 2021 is voorzichtigheidshalve een stelpost van € 1,7 miljoen opgevoerd. De reden hiervoor was dat de lagere Woz-waarde nog onzeker was en ook een incidenteel karakter zou hebben. Dit laatste omdat de verwachting reëel is dat in de periode 2021-2025 de activiteiten van Schiphol weer op pre-coronaniveau komen, waardoor de Woz-waarde van het luchthavengebied weer stijgt. In augustus 2021 is bekend geworden dat de Woz-waarde 2021 € 440 miljoen hoger ligt dan eerder ingeschat. Dit heeft als resultaat dat de algemene uitkering structureel € 710.000 lager wordt. Dit nadeel wordt gedekt door een verlaging van de stelpost. Voor de jaren na 2021 blijft onzekerheid bestaan over de waarde-ontwikkeling van het luchthavengebied. Het is onzeker wanneer deze weer op pre-coronaniveau komt. De totale waardedaling, na verwerking van de € 440 miljoen, in 2021 ten opzichte van 2020 is € 365 miljoen. Als deze waardedaling in de komende jaren weer wordt rechtgetrokken dan is het nadeel op de algemene uitkering € 590.000. Voorgesteld wordt de stelpost te verlagen tot dit bedrag. Van de in de voorjaarsrapportage geraamde stelpost resteert dan € 400.000. Dit bedrag kan vrijvallen.

Recapitulerend is het verloop van de stelpost als volgt:

Tabel 3 

Omschrijving (bedragen x € 1.000)

2021

2022 en verder

Voorjaarsrapportage 2021

1.700

1.700

Hogere waarde 2021 € 440 miljoen, nadeel algemene uitkering

-710

-710

Restant stelpost

990

990

Hogere waarde 2022-2025 € 365 miljoen, nadeel algemene uitkering

-590

Vrijval stelpost

990

400

Herberekening kostendekkendheid riolering en inzameling en verwerking van grondstoffen en restafval

Bij het beheer en onderhoud van de riolering en de inzameling en verwerking van grondstoffen en restafvalbeheer is het uitgangspunt dat deze kostendekkend worden geraamd. Bij de riolering heeft de bijstelling van het investeringsplan geleid tot een aanpassing van de kapitaallasten. Verder worden conform het vastgestelde beleid in het Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) de tarieven met 2% verhoogd en wordt rekening gehouden met meer aansluitingen als gevolg van uitbreiding van het aantal woningen en bedrijven. Om de kostendekkendheid op 100% te handhaven wordt de onttrekking aan de voorziening verlaagd.
Bij de inzameling en verwerking van grondstoffen en restafval was er in het meerjarenbeeld geen sprake van 100% kostendekkendheid. Als gevolg van een toename van het aantal aansluitingen door de uitbreiding van het aantal woningen stijgen de opbrengsten uit de afvalstoffenheffing. Verder is de prognose van de verdeling tussen 80 liter en 120 liter restafval rolemmers als gevolg van de uitrol van VANG geactualiseerd op basis van de uitrol in de eerste wijk. Door de hogere opbrengst van de afvalstoffenheffing is nu sprake van 100% kostendekkendheid in 2022.

Ontsluiting Hoofddorp-Noord (AM-locatie)

Voor het project Hoofddorp-Noord is een intentieovereenkomst gesloten en deze is in 2020 vernieuwd (2020.0001703). Het project maakt deel uit van de Versnellingsopgave Woningbouw en in 2019 heeft de gemeenteraad met de vaststelling van een Ontwikkelingsstrategie de belangrijkste kaders voor de ontwikkeling gesteld. Samenhangend met dit project is in de Voorjaarsrapportage 2019 (2019.0027574) de investering Vooronderzoek aanpassing infrastructuur Hoofddorp Noord geautoriseerd. Met dit krediet worden de voorbereidingen voor de benodigde ingrepen in de infrastructuur uitgevoerd. Zonder die ingrepen kunnen er geen woningen worden gebouwd. Uitgangspunt is dat bij het sluiten van de anterieure overeenkomst een deel van de kosten voor de ontsluiting verhaald wordt bij de ontwikkelaar. Er wordt van uitgegaan dat circa 50% van de kosten verhaalbaar is. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat de verkeersoplossing meer woningen mogelijk maakt dan die op de AM-locatie, waardoor de kosten niet volledig ten laste van dat plan gebracht kunnen worden. Om deze infrastructurele aanpassingen en gebiedsontwikkeling voortgang te laten vinden is het aangaan van de anterieure overeenkomst in 2021 noodzakelijk. Randvoorwaarde om de anterieure overeenkomst aan te kunnen gaan is dat ook de dekking van de overige 50% van de kosten gegarandeerd is. Het streven is om deze kosten te verhalen bij toekomstige ontwikkelingen in Hoofddorp Noord. Op dit moment is hiervoor nog onvoldoende zekerheid en moeten we als gemeente de dekking verzekeren. Het gemeentelijk aandeel in deze investering wordt geraamd op € 1,5 miljoen. Met de hiermee samenhangende kapitaallasten wordt nu rekening gehouden. Deze investering valt onder de categorie Aanleggen open- en gesloten verharding van het activabeleid en wordt afgeschreven in 20 jaar.

Coronacrisis

In de ramingen 2022-2025 is geen rekening gehouden met eventuele financiële gevolgen van de coronacrisis. De financiële effecten zijn niet goed in te schatten, omdat het hoogst onzeker is hoe de pandemie zich ontwikkeld en wat de gevolgen zijn van de maatregelen die door de diverse regeringen genomen worden. Mocht er in 2022 sprake zijn van nadelige financiële effecten dan verwachten wij dat het Rijk haar toezegging dat de financiële gevolgen van de coronacrisis gecompenseerd worden nakomt. De financiële impact van de coronamaatregelen is als risico benoemd in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing.